Als ondernemer getrouwd in of ná 2018 zonder huwelijksvoorwaarden? Let op!
Dieuwertje Rip | 12 april 2022 | Leestijd: ongeveer 3 minuten
Trouwen kan mét of zonder door een notaris opgestelde huwelijksvoorwaarden. Bent u getrouwd zonder huwelijksvoorwaarden in of na 2018, dan geldt voor u de wettelijke “beperkte gemeenschap van goederen”. Dit houdt in dat uw privévermogen van vóór het huwelijk, privé blijft. Het vermogen dat uw partner en u vanaf de trouwdag alleen of samen opbouwen, zal van u samen zijn.
Bij de beperkte gemeenschap van goederen zijn er dus drie vermogens: het privévermogen van de ene partner, het privévermogen van de andere partner en het gemeenschappelijke vermogen van beide partners. Dit maakt het soms ingewikkeld: tot welk vermogen behoort de auto, de onderneming of het ontvangen salaris? En maakt dat eigenlijk iets uit?
Echtscheiding
Allereerst: ja, dat maakt zeker iets uit. Bij een echtscheiding moet het gemeenschappelijke vermogen namelijk 50/50 worden verdeeld tussen beide partners. Dat geldt niet voor vermogen dat privé is. Dat blijft toebehoren aan de betreffende partner. Het kan voor een ondernemer dus grote gevolgen hebben als bij echtscheiding blijkt dat het (gehele) ondernemingsvermogen moet worden verdeeld.
Schuldeisers
Het maakt ook uit voor uw schulden. Gemeenschappelijke schulden moet u samen betalen en als u dat niet doet, kan de schuldeiser zich verhalen op alle gemeenschappelijke bezittingen. Dit is anders bij privéschulden. De aanspraak van de schuldeiser is dan beperkt tot de helft van de gemeenschappelijke bezittingen.
Zaaksvervanging
Vanwege de beperkte gemeenschap van goederen heeft u dus privévermogen en gemeenschappelijk vermogen. Daarbij geldt het principe van ‘zaaksvervanging’: als u alleen iets koopt en dat voor méér dan de helft met privégeld betaalt, dan blijft het aangekochte ook privé. Gebruikt u gemeenschappelijk geld voor de helft of meer of blijft u de koopprijs schuldig, dan behoort het aangekochte toe aan uw partner en u gemeenschappelijk.
Vergoedingsrechten
Maar wat gebeurt er als u iets koopt en dit deels betaalt met eigen geld en deels met gemeenschappelijk geld? Dan ontstaan er vergoedingsrechten.
Rekenvoorbeeld 1: u koopt aandelen voor € 100.000 en u betaalt dit voor € 60.000 met uw eigen geld en voor € 40.000 met geld dat gemeenschappelijk is van uw partner en u. De aandelen zullen dan tot uw privévermogen behoren (méér dan de helft betaald met privévermogen), maar u bent dan wel gehouden om een bedrag te vergoeden aan de gemeenschap. Bij een echtscheiding hoeven de aandelen niet te worden verdeeld met uw partner.
Rekenvoorbeeld 2: u koopt aandelen voor € 100.000 en u betaalt dit voor € 20.000 met uw eigen geld en voor € 80.000 met geld dat gemeenschappelijk is van uw partner en u. De aandelen zullen dan tot het gemeenschappelijke vermogen behoren (minder dan de helft betaald met privévermogen). U heeft dan een vergoedingsrecht voor hetgeen u uit uw privévermogen heeft betaald. Bij een echtscheiding moet de waarde van de aandelen 50/50 worden verdeeld.
Hoogte van het vergoedingsrecht
De hoogte van het vergoedingsrecht hangt af van wat u heeft gekocht. Bij een verbruiksgoed zoals een auto of mobiele telefoon is het vergoedingsrecht hetzelfde als het betaalde bedrag (nominaal). Voor andere goederen is het vergoedingsrecht ‘waardeafhankelijk’. Dat geldt bijvoorbeeld voor de woning. Dan is het terug te betalen bedrag afhankelijk van de waardeverandering van het goed waarin is geïnvesteerd. Is de woning bijvoorbeeld 5% meer waard geworden, dan wordt het terug te betalen bedrag ook verhoogd met 5%.
Ondernemingsvermogen
De regels van zaaksvervanging en vergoedingsrechten gelden voor alles wat u als ondernemer privé – dus niet via een B.V. – aankoopt, zoals inventaris, voorraden, machines of een bedrijfspand. Maar hieronder vallen ook aandelen als u een bedrijf overneemt, als u een nieuwe B.V. opricht of als er aan u nieuwe aandelen in een B.V. worden uitgegeven.
Geregistreerd partnerschap
De bovenstaande aandachtspunten gelden niet alleen voor stellen die in of ná 2018 zijn getrouwd, maar ook voor stellen die in of ná 2018 een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan zonder partnerschapsvoorwaarden op te stellen bij een notaris.
Tot slot
De beperkte gemeenschap van goederen kan best ingewikkeld zijn. Misschien wilt u na het lezen van dit artikel alsnog huwelijks- of partnerschapsvoorwaarden opstellen. Wij denken graag met u mee.
Heeft u vragen? Neem dan contact op met Marianne van der Laak of Dieuwertje Rip.
Volg Schaap Advocaten Notarissen op LinkedIn.
T: + 31(0)10 277 03 00