Hof van Justitie: werknemers genieten bescherming bij de pre-pack
Het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna te noemen: “Europese Hof”) heeft onlangs een belangrijke uitspraak gedaan voor de faillissementspraktijk. Het Europese Hof deed dit naar aanleiding van een prejudiciële vraag van de Kantonrechter Almere over de uitleg van de Europese Richtlijn betreffende overgang van onderneming (hierna te noemen: “OVO-Richtlijn”). Kort gezegd heeft de Kantonrechter Almere het Europese Hof de vraag voorgelegd hoe de Nederlandse pre-pack zich verhoudt tot Europese regelgeving en rechtspraak omtrent bescherming van werknemers bij de overgang van een onderneming.
Pre-pack
De pre-pack is een methode waarbij de ondernemer, voorafgaand aan het faillissement, met behulp van een door de rechtbank aangewezen ‘stille bewindvoerder’, onder meer een activa-transactie van zijn insolvente onderneming voorbereidt. Direct na het uitspreken van het faillissement kan de eerder aangewezen stille bewindvoerder – nu in de rol van curator – de overdracht van de activa van de onderneming uitvoeren. Op deze manier wordt er een snelle doorstart van de levensvatbare onderdelen van de onderneming gerealiseerd en wordt gepoogd om het waardeverlies dat de onderneming bij een regulier faillissement lijdt zoveel mogelijk te beperken. Op dit moment ontbreekt het de pre-pack nog aan een wettelijke basis. De wetgever heeft getracht de pre-pack met de ‘Wet Continuïteit Ondernemingen I’ wettelijk te regelen. De Eerste Kamer heeft echter, in afwachting op de uitkomst van het arrest van het Hof van Justitie, het wetsvoorstel niet in stemming gebracht. Ondanks dat de pre-pack nog niet wettelijk is geregeld, is deze al door verschillende rechtbanken toegepast.
Feiten
Tot aan haar faillissement was Estro Groep, met circa 380 vestigingen en 3.600 werknemers, de grootste kinderopvangorganisatie in Nederland. Toen Estro Groep in 2014 in financiële moeilijkheden kwam, heeft zij zich tot de rechtbank gewend met het verzoek een stille bewindvoerder aan te stellen. Op de dag van het uitspreken van het faillissement werd er zodoende een doorstart gerealiseerd met de net opgerichte vennootschap Smallsteps B.V. (hierna te noemen: “Smallsteps”). Hierbij kregen ongeveer 2.600 werknemers een nieuw dienstverband aangeboden.
Procedure
Een aantal voormalig werknemers van Estro Groep die geen nieuwe arbeidsovereenkomst aangeboden hebben gekregen, is – samen met de FNV- een procedure gestart bij de rechtbank. Zij hebben zich hierbij op het standpunt gesteld dat de OVO-Richtlijn toegepast had moeten worden op de pre-pack van Estro Groep en Smallsteps. Alle werknemers van Estro Groep zouden hierdoor automatisch in dienst zijn getreden bij Smallsteps, onder behoud van dezelfde arbeidsvoorwaarden. Smallsteps heeft zich daarentegen op het standpunt gesteld dat er sprake is van een faillissementsprocedure waarbij werknemers ontslagen mogen worden. De kantonrechter heeft hierop besloten aan het Europese Hof de vraag voor te leggen of de Nederlandse pre-pack strijdigheid oplevert met de OVO-Richtlijn.
Oordeel van het Europese hof
Het Europese Hof heeft geoordeeld dat in het geval van de Estro-zaak de pre-pack, waarin de overdracht van de activa van de onderneming tot in de puntjes was voorbereid, niet als een faillissementssituatie kon worden gekwalificeerd. De pre-pack was hiermee immers niet gericht op liquidatie van de onderneming, maar juist op voortzetting ervan, aldus het Europese Hof. Het is in dat geval niet gerechtvaardigd dat aan werknemers de bescherming uit hoofde van de OVO-Richtlijn wordt ontnomen. Het Europese Hof oordeelt dan ook dat werknemers, ook bij doorstart na een pre-pack, een beroep kunnen doen op de bescherming van de OVO-Richtlijn. Meer concreet komt dit erop neer dat alle werknemers automatisch in dienst treden bij de doorstartende onderneming, met behoud van al hun arbeidsvoorwaarden.
Conclusie
Indien de Kantonrechter Almere het oordeel van het Europese Hof toepast en oordeelt dat er geen sprake is van een faillissementssituatie, betekent dit dat alle werknemers van Estro Groep automatisch in dienst zijn getreden bij Smallsteps. De werknemers die niet zijn overgenomen kunnen in dat geval mogelijk een vordering tot wedertewerkstelling instellen of met terugwerkende kracht loonbetaling vorderen. Werknemers die na de prepack wél zijn overgenomen, maar tegen gewijzigde voorwaarden, zullen met terugwerkende kracht naleving van de oorspronkelijke arbeidsvoorwaarden kunnen vorderen. Het arrest van het Europese Hof kan mogelijk ook gevolgen hebben voor andere gevallen waarin de pre-pack is toegepast. Het is goed denkbaar dat de werknemers die destijds buiten de boot zijn gevallen zich bij de doorstartende onderneming zullen melden.
Daarnaast is het met het arrest van het Europese Hof nog maar de vraag, hoe de Eerste Kamer zal oordelen over het wetsvoorstel Wet Continuïteit Ondernemingen I. Een pre-pack zal in de praktijk nog maar een beperkt effect kunnen hebben, nu de doorstart immers gemaakt moet worden met behoud van het voltallige personeel van de insolvente onderneming. Het voordeel van een pre-pack boven een reguliere faillissementsprocedure zal daardoor voor bedrijven in financieel zwaar weer aanzienlijk kleiner zijn. De praktijk zal uit moeten wijzen of er desondanks nog een toekomst voor de pre-pack is weggelegd. Een blijvend voordeel van de pre pack is wel dat het de beoogd curator in staat stelt om alvast onderzoek te doen naar de staat waarin de onderneming zich bevindt. Dit zal positief bijdragen aan het realiseren van een doorstart.
Als u naar aanleiding van dit artikel vragen hebt, kunt u contact opnemen met Mr R. (Roel) Slotboom of Mr L. (Laura) in ‘t Veen.
T: + 31(0)10 277 03 00