Mondelinge zienswijze, gevolgen bestemmingsplan blijven in stand: bouwhoogte omgeving, voldoende bezonning, geen onevenredige aantasting privacy

Het gesprek bij de gemeente naar aanleiding van de kennisgeving van ter inzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan kwalificeert als mondelinge zienswijze. Het bestemmingsplan wordt gedeeltelijk vernietigd, maar de rechtsgevolgen blijven geheel in stand. In de omgeving is meer hogere bouw, de woning van appellant behoudt voldoende bezonningsuren, geen onevenredige aantasting privacy.

Artikelen: 3:46, 6:13, 8:72, 8:81 Awb

Binnen de zienswijzetermijn van het ontwerpbestemmingsplan voor een zorgvilla met 26 zorgwoningen heeft een gesprek bij de gemeente plaatsgevonden tussen appellant en gemeente over het bestemmingsplan. Daarbij zijn plan en gevolgen voor appellant aan de orde gekomen, inclusief bouwhoogte en wijze van meten.

Volgens het bestemmingsplan kan grenzend aan de bebouwing op het perceel van appellant een gebouw met een maximale bouwhoogte van 3,5 meter en daarop een afscheiding van een dakterras met een maximale hoogte van 1 meter worden gerealiseerd. Tot 3 meter van de erfgrens kan niet worden gebouwd. Op 11 meter afstand geldt een maximale hoogte van 13 meter. In de omgeving bevindt zich vrij hoge bebouwing van Albert Heijn en ING.

Appellant klaagt over minder bezonning. Voor bezonning van woningen bestaan geen wettelijke normen. De gemeenteraad heeft voor de bezonningsstudie aangesloten bij TNO-normen en zowel aan de lichte, als aan de zware TNO-norm voor bezonning wordt voldaan: de woninggevel ontvangt tenminste 3 bezonningsuren per dag.

De zorgvilla voorziet in een mogelijkheid voor een dakterras. Dat terras grenst niet direct aan de tuin van appellant, omdat bouwen binnen 3 meter van de erfgrens niet mag. Er is dus alleen schuin inkijk mogelijk in de tuin van appellant.

Voorzitter ABRVS:

De gemeenteraad had het gesprek, dat binnen de zienswijzetermijn bij de gemeente heeft plaatsgevonden naar aanleiding van de kennisgeving van het ontwerpbestemmingsplan, als zienswijze moeten aanmerken. Aannemelijk is immers dat het gesprek het plan en de gevolgen ervan voor appellant betrof, terwijl in elk geval de maximale bouwhoogte en de wijze van meten aan de orde zijn geweest.

Nu de gemeenteraad de zienswijzen niet heeft meegenomen bij de voorbereiding van het bestemmingsplan, is de vaststelling hiervan in strijd met artikel 3:46 Awb niet goed gemotiveerd. Dat leidt tot vernietiging van het besluit, voor zover dit ziet op het plandeel met de bestemming “Wonen” dat ziet op het perceel van de zorgvilla. De voorzieningenrechter laat de rechtsgevolgen van het besluit echter geheel in stand.

Wat de bouwmassa van de zorgvilla betreft, hecht de voorzitter belang aan de opmerking van de gemeenteraad dat in de omgeving niet alleen woonbebouwing, maar ook vrij hoge bebouwing van Albert Heijn en ING is. Daarom oordeelt de voorzitter dat de gemeenteraad zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de zorgvilla wat betreft de maximale bouwhoogten past in de omgeving.

Voor de bezonning bestaan geen wettelijke normen (ABRVS 4 maart 2009, ECLI:NL:RVS:2009:BH4613). Er is voldaan aan de zware en lichte TNO-normen voor bezonning, zodat de woninggevel minstens 3 uur zon per dag krijgt en sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat.

Het plan leidt niet tot een onevenredige aantasting van de privacy in de tuin van appellant. Een dakterras komt op meer dan 3 meter van de erfgrens, waardoor vanaf het terras alleen schuin inkijk mogelijk is in de tuin van appellant. Verder is het terras niet de enige buitenruimte en zal de tuin op de begane grond waarschijnlijk vaker worden gebruikt.

Als u naar aanleiding van dit artikel vragen hebt, kunt u contact opnemen met Mr A.J.N. (Hanneke) Kolsters of Mr E. (Ellen) Lohr-Henket.