Uitweg en beoordelingsruimte
Bij het verlenen van een vergunning voor een uitweg heeft het college van B en W van Hengelo (hierna: het College) veel beoordelingsruimte.
Casus
Market Istanbul drijft een supermarkt/slagerij op de hoek van de Boekeloseweg en de Breemarsweg te Hengelo. Zij is het niet eens met een uitwegvergunning die het College van Burgemeester en wethouders (College) heeft verleend, nu zij die locatie dan niet langer als laad- en losplaats voor haar bedrijf kan gebruiken.
Market Istanbul heeft daarom, na onsuccesvol bezwaar tegen en beroep tegen de besluitvorming, hoger beroep ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling).
Gronden van hoger beroep
Market Istanbul beroept zich op drie gronden, die er volgens haar toe moeten leiden dat de uitwegvergunning moet worden geweigerd. De gronden komen voort uit de algemene plaatselijke verordening van de gemeente Hengelo, waarin staat dat een uitwegvergunning kan worden geweigerd in het belang van de bruikbaarheid van de weg, het veilig en doelmatig gebruik van de weg of indien sprake is van een perceel dat al door een andere uitweg wordt ontsloten en de aanleg van een tweede uitweg ten koste gaat van een openbare parkeerplaats of het openbaar groen.
Oordeel Afdeling
De Afdeling oordeelt dat geen van de drie door Market Istanbul aangevoerde gronden slaagt en zij verklaart het hoger beroep ongegrond.
Voor de grond betreffende de bruikbaarheid van de openbare weg verwijst Market Istanbul naar een uitspraak van de Afdeling van 25 juni 2014 (ECLI:NL:RVS:2014:2308). Het feit dat het college van Den Haag in dat geval een uitweg mocht weigeren, omdat dan, net als hier, een parkeerplaats voor algemeen gebruik aan de openbare weg aan de weg zou worden onttrokken, maakt echter niet dat het college in dit geval geen andere afweging kon maken, aldus de Afdeling. Het college heeft bij de uitleg van het begrip ‘bruikbaarheid van de openbare weg’ immers beoordelingsruimte en de rechter dient terughoudend te toetsen.
Wat betreft het argument van het veilig en doelmatig weggebruik is Market Istanbul weliswaar belanghebbende (anders dan de rechtbank oordeelde), maar het feit dat bij de uitweg achteruit de weg moet worden opgereden, maakt nog niet dat sprake is van een onveilige situatie, aldus de Afdeling. Ook elders op de weg wordt achteruit uitgereden en de snelheid van het wegverkeer is ter plaatse niet hoog.
Market Istanbul stelt nog dat het perceel al met een uitweg is ontsloten, maar ook daar vangt zij bot. Voor de uitleg van het begrip ‘perceel’ mocht het college naar het oordeel van de Afdeling betekenis toekennen aan de eigendoms-, kadastrale en planologische situatie van de percelen, die ertoe leidt dat sprake was van verschillende kadastrale aanduidingen, verschillende bestemmingen en verschillende eigenaren, zodat geen aanleiding was om uit te gaan van één perceel.
Commentaar
In geval van een ‘kan-bepaling’ zoals in de onderhavige algemene plaatselijke verordening heeft een college over het algemeen veel beoordelingsruimte om een gewenste ontwikkeling al dan niet toe te staan. De rechter toetst dat terughoudend.
Market Istanbul zal een andere los- en laadplaats voor haar goederen moeten vinden. Overigens hebben partijen ook hierover geprocedeerd: bij uitspraak van 5 oktober 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2647, zaaknr. 201504540 heeft de Afdeling het hoger beroep van Market Istanbul tegen de door het college aangewezen los- en laadplaats gegrond verklaard, vanwege de onveiligheid van de aangewezen plaats.
Als u naar aanleiding van dit artikel vragen hebt, kunt u contact opnemen met Mr A.J.N. (Hanneke) Kolsters of Mr E. (Ellen) Lohr-Henket.
Voor de volledige tekst van deze uitspraak klik hier
Bron: Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State 5 oktober 2016, zaaknr. 201504617, ECLI:NL:RVS:2016:2595
T: + 31(0)10 277 03 00